Jeremia 10:25

SVStort Uw grimmigheid uit over de heidenen, die U niet kennen, en over de geslachten, die Uw Naam niet aanroepen; want zij hebben Jakob opgegeten, ja, zij hebben hem opgegeten, en hem verteerd, en zijn woning verwoest.
WLCשְׁפֹ֣ךְ חֲמָתְךָ֗ עַל־הַגֹּויִם֙ אֲשֶׁ֣ר לֹֽא־יְדָע֔וּךָ וְעַל֙ מִשְׁפָּחֹ֔ות אֲשֶׁ֥ר בְּשִׁמְךָ֖ לֹ֣א קָרָ֑אוּ כִּֽי־אָכְל֣וּ אֶֽת־יַעֲקֹ֗ב וַאֲכָלֻ֙הוּ֙ וַיְכַלֻּ֔הוּ וְאֶת־נָוֵ֖הוּ הֵשַֽׁמּוּ׃ פ
Trans.šəfōḵə ḥămāṯəḵā ‘al-hagwōyim ’ăšer lō’-yəḏā‘ûḵā wə‘al mišəpāḥwōṯ ’ăšer bəšiməḵā lō’ qārā’û kî-’āḵəlû ’eṯ-ya‘ăqōḇ wa’ăḵāluhû wayəḵalluhû wə’eṯ-nāwēhû hēšammû:

Algemeen

Zie ook: Heiden, Heidenen, Jakob
Psalm 79:6, Psalm 79:7

Aantekeningen

Stort Uw grimmigheid uit over de heidenen, die U niet kennen, en over de geslachten, die Uw Naam niet aanroepen; want zij hebben Jakob opgegeten, ja, zij hebben hem opgegeten, en hem verteerd, en zijn woning verwoest.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

שְׁפֹ֣ךְ

Stort

חֲמָתְךָ֗

Uw grimmigheid

עַל־

-

הַ

-

גּוֹיִם֙

over de heidenen

אֲשֶׁ֣ר

-

לֹֽא־

-

יְדָע֔וּךָ

die niet kennen

וְ

-

עַל֙

-

מִשְׁפָּח֔וֹת

en over de geslachten

אֲשֶׁ֥ר

-

בְּ

-

שִׁמְךָ֖

die Uw Naam

לֹ֣א

-

קָרָ֑אוּ

niet aanroepen

כִּֽי־

-

אָכְל֣וּ

opgegeten

אֶֽת־

-

יַעֲקֹ֗ב

want zij hebben Jakob

וַ

-

אֲכָלֻ֙הוּ֙

ja, zij hebben hem opgegeten

וַ

-

יְכַלֻּ֔הוּ

en hem verteerd

וְ

-

אֶת־

-

נָוֵ֖הוּ

en zijn woning

הֵשַֽׁמּוּ

verwoest


Stort Uw grimmigheid uit over de heidenen, die U niet kennen, en over de geslachten, die Uw Naam niet aanroepen; want zij hebben Jakob opgegeten, ja, zij hebben hem opgegeten, en hem verteerd, en zijn woning verwoest.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!